Programma Sociale samenhang

Programmadoel Sociale Samenhang

Terug naar navigatie - Programma Sociale samenhang - Programmadoel Sociale Samenhang

We streven naar een inclusieve samenleving waarin iedereen elkaar helpt en ondersteunt. Alle inwoners kunnen zelfstandig en volwaardig leven, werken, wonen en meedoen. We gaan uit van de kracht van de inwoner en de samenleving. Waar dat niet lukt, helpen we die mogelijkheden te vergroten. We ondersteunen inwoners daarbij met het geven van informatie, de inzet van basisvoorzieningen, specialistische zorg en wanneer het echt niet anders kan een vangnet.

We staan in het sociaal domein voor grote uitdagingen. De demografische druk zal de komende jaren verder toenemen in de gemeente Vlissingen. Dit komt met name door een toename van het aandeel ouderen in de gemeente. We verwachten een stijgende vraag naar zorg en ondersteuning en als er niets verandert een personeelstekort van 7.500 medewerkers in de sector zorg en welzijn in Zeeland om deze zorg te leveren. Binnen de Vlissingse zorgdriehoek bouwen we aan de lokale zorginfrastructuur waarin we beogen een goede samenwerking en gezamenlijke aanpak van alle partijen in en om de zorg te realiseren.

We voeren onze taken efficiënt en doelmatig uit, met een sterke focus op kostenbewustzijn. Echter gezien de inhoudelijke en financiële uitdagingen in het sociaal domein en de openeinderegelingen zoals de Jeugdwet, zijn de financiële middelen vanuit het rijk vaak niet toereikend voor de dagelijkse praktijk. Daarbij komt de landelijke verwachting dat er vanaf 2028 sprake is van een ravijnjaar voor gemeenten door een bezuiniging in het gemeentefonds. We weten nog niet wat de consequenties daarvan zijn voor de gemeente Vlissingen. 

3.1 Sociale basis

Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor het thema Sociale basis?

Terug naar navigatie - 3.1 Sociale basis - Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor het thema Sociale basis?
  • De gemeente Vlissingen heeft een lagere sociaaleconomische positie (SES-WOA-score: -0,117) ten opzichte van het gemiddelde (score:0) in Nederland.
  • De eenzaamheid in de gemeente Vlissingen ligt hoger (55,8 procent) dan gemiddeld in Nederland (48,6 procent). Eenzaamheid kan aanzienlijke gevolgen hebben voor zowel de fysieke als mentale gezondheid van inwoners.
  • Het aantal mensen dat een beroep doet op Wmo-voorzieningen groeit (van 4.400 in 2023 naar 4.700 in 2027) bij toenemende schaarste aan personeel en geld om zorg te leveren.
  • In de gemeente Vlissingen maakt 18,7 procent van de jongeren gebruik van jeugdhulp, wat hoger is dan het landelijk gemiddelde van 13,7 procent.
  • Het aantal inwoners dat mantelzorg verleent in de gemeente Vlissingen is gedaald van 16,4 procent naar 15,5 procent. Potentieel aan mantelzorgers neemt af en het beroep op mantelzorgers neemt toe.
  • 21 procent van de volwassenen in de gemeente Vlissingen doet vrijwilligerswerk. Dit is lager dan het aantal in Nederland (23 procent). Het beroep op vrijwilligers neemt toe. 
Terug naar navigatie - 3.1 Sociale basis - Doelstellingen

Wat zijn de indicatoren bij de beleidsdoelen voor het thema Sociale basis?

Terug naar navigatie - 3.1 Sociale basis - Doelstellingen - Wat zijn de indicatoren bij de beleidsdoelen voor het thema Sociale basis?

Indicatoren/activiteiten

Wat zijn de belangrijkste activiteiten van de gemeente voor het thema Sociale basis?

Terug naar navigatie - 3.1 Sociale basis - Doelstellingen - Wat zijn de belangrijkste activiteiten van de gemeente voor het thema Sociale basis?

Indicatoren/activiteiten

Wat is de mate van invloed van de gemeente op het bereiken van de doelen voor het thema Sociale basis?

Terug naar navigatie - 3.1 Sociale basis - Wat is de mate van invloed van de gemeente op het bereiken van de doelen voor het thema Sociale basis?
  • In 2029 zorgen meer inwoners voor zichzelf en zijn daardoor minder afhankelijk van anderen.

Beperkt (2): De zelfredzaamheid van inwoners wordt beïnvloed door bredere maatschappelijke en economische factoren, zoals bestaanszekerheid, sociale verbondenheid en digitalisering. De gemeente kan hierin faciliteren via randvoorwaarden en samenwerking, maar heeft geen directe invloed op alle bepalende factoren.

  • In 2029 voelen inwoners zich meer betrokken bij hun buurt.

Beperkt (2): De mate van betrokkenheid van inwoners bij hun omgeving is een eigen keuze en wordt beïnvloed door bredere maatschappelijke en economische factoren, zoals bestaanszekerheid, sociale verbondenheid en digitalisering. De gemeente kan hierin faciliteren via randvoorwaarden en samenwerking, maar heeft geen directe invloed op alle bepalende factoren.

(1= Zeer klein, 2= Beperkt, 3= Redelijk, 4= Groot, 5= Zeer groot)

3.2 Vitaal leven

Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor het thema Vitaal leven?

Terug naar navigatie - 3.2 Vitaal leven - Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor het thema Vitaal leven?
  • In de gemeente Vlissingen ligt de levensverwachting (80,5 jaar) ruim een jaar lager ten opzichte van het landelijk gemiddelde (81,6 jaar). 
  • Inwoners van de gemeente Vlissingen hebben, vanwege de gemiddeld lagere sociaaleconomische status t.o.v. van het landelijk gemiddelde, meer kans op gezondheidsachterstanden door risicofactoren zoals roken, overgewicht en ongezond eten. 
  • Het aandeel inwoners van 18 jaar en ouder in de gemeente Vlissingen dat voldoet aan de beweegrichtlijn is gedaald van 53 procent in 2016 naar 49 procent in 2024.
  • In de gemeente Vlissingen komt overgewicht bij volwassenen vaker voor dan gemiddeld in Nederland: 52 procent versus 50,4 procent.
  • In juli 2025 sloten het Rijk, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de zorgsector het Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord (AZWA) om de zorg in Nederland toekomstbestendig, betaalbaar en toegankelijk te houden met daarbij ook opdrachten voor gemeenten.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - 3.2 Vitaal leven - Doelstellingen

Wat zijn de indicatoren bij de beleidsdoelen voor het thema Vitaal leven?

Terug naar navigatie - 3.2 Vitaal leven - Doelstellingen - Wat zijn de indicatoren bij de beleidsdoelen voor het thema Vitaal leven?

Indicatoren/activiteiten

Wat zijn de belangrijkste activiteiten van de gemeente voor het thema Vitaal leven?

Terug naar navigatie - 3.2 Vitaal leven - Doelstellingen - Wat zijn de belangrijkste activiteiten van de gemeente voor het thema Vitaal leven?

Indicatoren/activiteiten

Wat is de mate van invloed van de gemeente op het bereiken van de doelen voor het thema Vitaal leven?

Terug naar navigatie - 3.2 Vitaal leven - Wat is de mate van invloed van de gemeente op het bereiken van de doelen voor het thema Vitaal leven?
  • In 2029 maken inwoners gezondere leefstijlkeuzes. 

Beperkt (2): Inwoners maken zelf leefstijlkeuzes. Helaas zijn er veel omstandigheden die de gemeente niet of onvoldoende kan beïnvloeden. Denk daarbij aan het ongezonde voedingsaanbod in bijvoorbeeld supermarkten en andere verkooppunten, het onvoldoende kunnen beperken van marketing en reclame voor ongezonde voeding etc. We kunnen wel een aanbod voor een gezonde leefstijl aanbieden. 

  • In 2029 sporten en bewegen inwoners meer dan nu.

Redelijk (3): De gemeente kan invloed uitoefenen op het realiseren van een divers start- of structureel (beweeg)aanbod voor een gezonde leefstijl. Tegelijkertijd zijn het de inwoners die bewust moeten worden van het belang van een gezonde leefstijl door gebruik te maken van dit aanbod. Ondanks gerichte campagnes om dit belang te benadrukken is het niet realistisch dat we daarmee bij alle inwoners effect sorteren.

(1= Zeer klein, 2= Beperkt, 3= Redelijk, 4= Groot, 5= Zeer groot)

3.3 Maatschappelijke ondersteuning

Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor het thema Maatschappelijke ondersteuning?

Terug naar navigatie - 3.3 Maatschappelijke ondersteuning - Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor het thema Maatschappelijke ondersteuning?
  • De invoering van de inkomens- en vermogensafhankelijke Wmo-bijdrage is controversieel verklaard door de Tweede Kamer. De impact voor gemeente Vlissingen is nog onduidelijk.
  • Door vergrijzing (de prognose voor gemeente Vlissingen is een stijging van 24,6 procent naar 29,9 procent in 2040) en een verwachte stijging van de zorgvraag, is de verwachting dat het Wmo-gebruik voor gemeente Vlissingen van 4.400 (in 2023) naar circa 4.700 aanvragen in 2027 zal stijgen.
  • De landelijke verwachting is dat er vanaf 2028 sprake is van een ravijnjaar voor gemeenten door een bezuiniging in het gemeentefonds. De impact voor gemeente Vlissingen is nog onduidelijk.
  • In 2030 wordt er in Zeeland een tekort van 7.500 zorg- en welzijnsmedewerkers verwacht.
  • De Wet aanpassing regeling dienstverlening aan huis leidt naar verwachting tot extra uitgaven voor gemeente Vlissingen. De omvang is nog onbekend.
Terug naar navigatie - 3.3 Maatschappelijke ondersteuning - Doelstellingen

Wat zijn de indicatoren bij de beleidsdoelen voor het thema Maatschappelijke ondersteuning?

Terug naar navigatie - 3.3 Maatschappelijke ondersteuning - Doelstellingen - Wat zijn de indicatoren bij de beleidsdoelen voor het thema Maatschappelijke ondersteuning?

Indicatoren/activiteiten

Wat zijn de belangrijkste activiteiten van de gemeente voor het thema Maatschappelijke ondersteuning?

Terug naar navigatie - 3.3 Maatschappelijke ondersteuning - Doelstellingen - Wat zijn de belangrijkste activiteiten van de gemeente voor het thema Maatschappelijke ondersteuning?

Indicatoren/activiteiten

Wat is de mate van invloed van de gemeente op het bereiken van de doelen voor het thema Maatschappelijke ondersteuning?

Terug naar navigatie - 3.3 Maatschappelijke ondersteuning - Wat is de mate van invloed van de gemeente op het bereiken van de doelen voor het thema Maatschappelijke ondersteuning?
  • In 2029 kunnen meer inwoners zo lang mogelijk zelfstandig thuis wonen.

Beperkt (2): De gemeente kan inwoners ondersteuning bieden, maar de inwoner bepaalt of hij/zij ondersteuning wil én in welke mate. 

  • In 2029 is de maatschappelijke ondersteuning meer toekomstbestendig.

Redelijk (3): De verwachting is dat de financiële middelen in de toekomst dalen voor de gemeente om maatschappelijke ondersteuning te bieden. Aan de andere kant wordt een stijging in de zorgvraag verwacht. Met goede contractafspraken en contractmanagement heeft de gemeente in redelijke mate invloed op dit doel.

(1= Zeer klein, 2= Beperkt, 3= Redelijk, 4= Groot, 5= Zeer groot)

3.4 Kansrijk opgroeien

Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor het thema Kansrijk opgroeien?

Terug naar navigatie - 3.4 Kansrijk opgroeien - Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor het thema Kansrijk opgroeien?
  • Het aantal jeugdigen in de gemeente Vlissingen dat jeugdhulp ontvangt (18,7 procent) ligt hoger dan het landelijke gemiddelde (13,7 procent).
  • De kosten die de gemeente Vlissingen jaarlijks voor jeugdhulp maakt zijn tussen 2019 en 2023 met ruim 40 procent gestegen. 
  • In 2023 stelden Rijk, VNG, jeugdzorgaanbieders, professionals en cliëntenorganisaties gezamenlijk de Hervormingsagenda Jeugd (2023-2028) vast gericht op het verbeteren van het jeugdzorgstelsel in Nederland. Hieruit vloeien acties voort voor alle Nederlandse gemeenten. 
  • Binnen Zeeland vindt momenteel een regionale ontwikkeling plaats richting een gezamenlijke aanbesteding voor een nieuw gecontracteerd jeugdhulpaanbod per 1 januari 2028. Gemeenten, waaronder Vlissingen, bereiden zich gezamenlijk voor op deze transitie, gericht op betere afstemming en samenwerking binnen de jeugdhulpketen.
Terug naar navigatie - 3.4 Kansrijk opgroeien - Doelstellingen

Wat zijn de indicatoren bij de beleidsdoelen voor het thema Kansrijk opgroeien?

Terug naar navigatie - 3.4 Kansrijk opgroeien - Doelstellingen - Wat zijn de indicatoren bij de beleidsdoelen voor het thema Kansrijk opgroeien?

Indicatoren/activiteiten

Wat zijn de belangrijkste activiteiten van de gemeente voor het thema Kansrijk opgroeien?

Terug naar navigatie - 3.4 Kansrijk opgroeien - Doelstellingen - Wat zijn de belangrijkste activiteiten van de gemeente voor het thema Kansrijk opgroeien?

Indicatoren/activiteiten

Wat is de mate van invloed van de gemeente op het bereiken van de doelen voor het thema Kansrijk opgroeien?

Terug naar navigatie - 3.4 Kansrijk opgroeien - Wat is de mate van invloed van de gemeente op het bereiken van de doelen voor het thema Kansrijk opgroeien?
  • In 2029 groeien meer kinderen gezond en veilig op.

Beperkt (2): De gemeente is afhankelijk van externe factoren die buiten het directe bereik van gemeentelijk beleid vallen, zoals gezinssituatie, sociaaleconomische omstandigheden en maatschappelijke ontwikkelingen.

  • In 2029 ontvangen kinderen en jongeren hulp bij opgroei- en opvoedvragen die aansluit bij hun situatie en gericht is op blijvend herstel in het dagelijks leven.

Redelijk (3): De gemeente heeft invloed op de ontwikkeling van een stevig lokaal team, kan directe sturing kan geven aan het team Wmo & Jeugd, en kan via samenwerking met ketenpartners en de inkoop van passende jeugdhulp zorgen voor betere aansluiting bij de hulpvraag van gezinnen.

(1= Zeer klein, 2= Beperkt, 3= Redelijk, 4= Groot, 5= Zeer groot)

3.5 Mentale gezondheid

Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor het thema Mentale gezondheid?

Terug naar navigatie - 3.5 Mentale gezondheid - Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor het thema Mentale gezondheid?

•    22 procent van de inwoners in de gemeente Vlissingen geeft aan last te hebben van psychische klachten. Dit percentage is mogelijk een onderschatting omdat er een taboe rust op het praten over mentale gezondheid.
•    Volgens de Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2024 van het RIVM vormt mentale gezondheid 1 van de grootste gezondheidsrisico’s voor de toekomst. 
•    In de gemeente Vlissingen is een toename van verward en/of onbegrepen gedrag. In 2022 werden bij het meldpunt zorgwekkend gedrag 18 meldingen niet-acuut gedaan, in 2023 ging het om 30 meldingen en in 2024 om 40 meldingen in de gemeente Vlissingen.

Terug naar navigatie - 3.5 Mentale gezondheid - Doelstellingen

Wat zijn de belangrijkste activiteiten van de gemeente voor het thema Mentale gezondheid?

Terug naar navigatie - 3.5 Mentale gezondheid - Doelstellingen - Wat zijn de belangrijkste activiteiten van de gemeente voor het thema Mentale gezondheid?

Indicatoren/activiteiten

Wat is de mate van invloed van de gemeente op het bereiken van de doelen voor het thema Mentale gezondheid?

Terug naar navigatie - 3.5 Mentale gezondheid - Wat is de mate van invloed van de gemeente op het bereiken van de doelen voor het thema Mentale gezondheid?

•   In 2029 voelen inwoners zich mentaal gezonder

Beperkt (2): De mentale gezondheid van inwoners wordt beïnvloed door bredere maatschappelijke en economische factoren, zoals bestaanszekerheid, sociale verbondenheid en digitalisering. De gemeente kan hierin faciliteren via randvoorwaarden en samenwerking, maar heeft geen directe invloed op alle bepalende factoren.

(1= Zeer klein, 2= Beperkt, 3= Redelijk, 4= Groot, 5= Zeer groot)

3.6 Bestaanszekerheid

Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor het thema Bestaanszekerheid?

Terug naar navigatie - 3.6 Bestaanszekerheid - Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor het thema Bestaanszekerheid?
  • Het percentage inwoners met een bijstandsuitkering daalde van 7 procent in 2023 naar 6,6 procent in 2024 en ligt daarmee 1,9 procentpunt boven het landelijk gemiddelde van 4,7 procent. 
  • Het percentage huishoudens met geregistreerde problematische schulden steeg van 9,6 procent in 2023 naar 9,7 procent in 2024 en ligt daarmee 0,8 procentpunt boven het landelijk gemiddelde van 8,9 procent. 
  • Het percentage huishoudens met een laag inkomen was in 2023 net zoals in 2022 12 procent en ligt daarmee 3 procentpunt boven het Zeeuwse gemiddelde van 9 procent. 
Terug naar navigatie - 3.6 Bestaanszekerheid - Doelstellingen

Wat zijn de belangrijkste activiteiten van de gemeente voor het thema Bestaanszekerheid?

Terug naar navigatie - 3.6 Bestaanszekerheid - Doelstellingen - Wat zijn de belangrijkste activiteiten van de gemeente voor het thema Bestaanszekerheid?

Indicatoren/activiteiten

Wat is de mate van invloed van de gemeente op het bereiken van de doelen voor het thema Bestaanszekerheid?

Terug naar navigatie - 3.6 Bestaanszekerheid - Wat is de mate van invloed van de gemeente op het bereiken van de doelen voor het thema Bestaanszekerheid?
  • In 2029 zijn minder inwoners uit de beroepsbevolking werkloos en afhankelijk van een bijstandsuitkering.                                 

Beperkt (2): De gemeente voert de beleidsregie over de re-integratie (het bemiddelen, begeleiden, ontwikkelen en coachen) van werkloze inwoners met een bijstandsuitkering richting betaald werk; Orionis Walcheren is verantwoordelijk voor de uitvoering daarvan. Het succes van de re-integratie hangt sterk af van de mate waarin uitkeringsgerechtigden bemiddelbaar zijn naar betaald werk en de dynamiek en kansen op de regionale arbeidsmarkt. 

  • In 2029 hebben minder huishoudens geregistreerde problematische schulden.

Beperkt (2): De gemeente voert de beleidsregie over de schuldhulpverlening aan inwoners met schulden; Orionis Walcheren verantwoordelijk is voor de uitvoering daarvan. De effectiviteit van de schuldhulpverlening wordt in belangrijke mate bepaald door het vermogen inwoners met schulden tijdig te bereiken. En hun bereidheid hulp te accepteren en actief deel te nemen aan het hulpverleningstraject.

(1= Zeer klein, 2= Beperkt, 3= Redelijk, 4= Groot, 5= Zeer groot)

3.7 Leven lang leren

Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor het thema Leven lang leren?

Terug naar navigatie - 3.7 Leven lang leren - Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor het thema Leven lang leren?
  • Tussen 2020 en 2024 nam het aantal kinderen in het speciaal onderwijs met 5 procent toe en het aantal voortijdig schoolverlaters met 16 procent.
  • Van de kinderen die in aanmerking komen voor VVE (voor- en vroegschoolse educatie) nam in 2023 42 procent daadwerkelijk deel aan VVE. Dit is lager dan het landelijk gemiddelde (75 procent).
  • Activiteiten vanuit het Onderwijsachterstandenbeleid (OAB), zoals schakelklassen en de zomerschool, worden goed bezocht. Het huidige OAB loopt tot 2027 en zal met betrokken partners geëvalueerd worden.
  • Samenwerking met onderwijspartners en partners in het sociaal domein wordt steeds belangrijker. Dit komt onder andere door landelijk beleid (invoering van de Wet van School naar Duurzaam Werk 2026), de ontwikkeling naar inclusief onderwijs en de krapte op de arbeidsmarkt.
  • Eén op de 10 inwoners is laaggeletterd. Basisvaardigheden (lees-, reken- en digitale vaardigheden) zijn steeds belangrijker om zelfredzaam te zijn in het dagelijks leven.
Terug naar navigatie - 3.7 Leven lang leren - Doelstellingen

Wat zijn de indicatoren bij de beleidsdoelen voor het thema Leven lang leren?

Terug naar navigatie - 3.7 Leven lang leren - Doelstellingen - Wat zijn de indicatoren bij de beleidsdoelen voor het thema Leven lang leren?

Indicatoren/activiteiten

Wat zijn de belangrijkste activiteiten van de gemeente voor het thema Leven lang leren?

Terug naar navigatie - 3.7 Leven lang leren - Doelstellingen - Wat zijn de belangrijkste activiteiten van de gemeente voor het thema Leven lang leren?

Indicatoren/activiteiten

Wat is de mate van invloed van de gemeente op het bereiken van de doelen voor het thema Leven lang leren?

Terug naar navigatie - 3.7 Leven lang leren - Wat is de mate van invloed van de gemeente op het bereiken van de doelen voor het thema Leven lang leren?
  • In 2029 ontwikkelen meer kinderen en jongeren dan in 2024 zich door onderwijs te volgen.

Beperkt (2): De invloed van de gemeente is beperkt omdat we afhankelijk zijn van onze samenwerkingspartners in het onderwijs, ondersteuning en zorg en er veel factoren van invloed zijn op de ontwikkeling van kinderen. De belangrijkste invloed komt vanuit de persoonlijke situatie waarin kinderen opgroeien.

  • In 2029 hebben meer inwoners dan in 2019 voldoende lees-, reken- en digitale
    vaardigheden (basisvaardigheden).

Beperkt (2): De invloed van de gemeente is beperkt omdat we afhankelijk zijn van onze samenwerkingspartners voor het signaleren en bereiken van de doelgroep en de bereidheid en motivatie van de doelgroep bepalend is voor het succes.

(1= Zeer klein, 2= Beperkt, 3= Redelijk, 4= Groot, 5= Zeer groot)

3.8 Wat mag het kosten?

Wat mag het kosten?

Terug naar navigatie - 3.8 Wat mag het kosten? - Wat mag het kosten?
(bedragen x € 1.000) Jaarrekening Programmabegroting
Programma totalen 2024 2025 2026 2027 2028 2029
LASTEN 190.953 183.957 185.370 185.567 188.529 191.531
BATEN 38.806 36.011 34.275 32.886 34.244 34.623
Saldo voor bestemming 152.146 147.945 151.095 152.681 154.285 156.908
Mutatie reserves
Toevoeging reserve opvang vluchtelingen 1.812 991 430
Toevoeging reserve sociaal domein 24.198
Toevoeging reserve doorcentr Beschermd Wonen Vliss 8.058
Toevoegingen 34.067 991 430
Onttrekking reserve opvang vluchtelingen 2.996 125
Onttrekking reserve sociaal domein 5.025 1.480 3.884 2.045 1.745 1.545
Onttrekking reserve centrumtaken 48.325
Onttrekking reserve investeringsfonds soc.domein 360
Onttrekking reserve revitalisering accommodaties 71
Onttrekkingen 56.706 1.676 3.884 2.045 1.745 1.545
Saldo na bestemming 129.507 147.260 147.641 150.636 152.540 155.363
LASTEN 2024 2025 2026 2027 2028 2029
4.3 Onderwijsbeleid en leerlingzaken 2.971 2.458 3.107 3.197 3.302 3.417
5.1 Sportbeleid en activering 1.369 1.576 1.909 1.652 1.667 1.683
6.1 Samenkracht en burgerparticip. 9.963 10.412 8.570 5.675 5.839 5.582
6.2 Wijkteams 9.120
6.22 Wijkteams Jeugd 2.927 1.842 1.382 1.450 1.529
6.23 Wijkteams Integraal 8.907 9.176 9.433 9.750 10.108
6.3 Inkomensregelingen 32.614 33.858 32.818 32.849 33.328 34.049
6.4 Begeleide participatie 22.158 22.777 21.925 21.988 22.611 22.912
6.6 Maatwerkvoorziening (Wmo) 2.842
6.60 Hulpmiddelen en diensten (Wmo) 3.181 3.654 3.619 3.857 3.864
6.711 Huishoudelijke hulp (Wmo) 6.319 6.950 7.517 8.130 9.078
6.712 Begeleiding (Wmo) 3.073 3.426 3.637 3.864 3.966
6.713 Dagbesteding (Wmo) 2.359 2.522 2.676 2.844 2.919
6.71a Huishoudelijke hulp (Wmo) 5.393
6.71b Begeleiding (Wmo) 4.261
6.71c Dagbesteding (Wmo) 2.101
6.72a Jeugdhulp begeleiding 2.343
6.72b Jeugdhulp behandeling 2.281
6.72c Jeugdhulp dagbesteding 4.323
6.72d Jeugdhulp zonder verblijf ovg 605
6.73a Pleegzorg 2.501
6.73b Gezinsgericht 601
6.73c Jeugdhulp met verblijf overig 3.487
6.74a Jeugd beh. GGZ zonder verblijf 3.778
6.74b Jeugdhulp crisis/LTA/GGZ-verbl 1.302
6.74c Gesloten plaatsing 1.259
6.752 Jeugdhulp ambulant reg 10.573 12.592 13.620 11.823 10.481
6.762 Jeugdhulp met verblijf regionaal 12.067 13.574 14.699 15.919 17.245
6.763 Jeugdhulp met verblijf landelijk 653 912 994 1.082 1.179
6.791 PGB (Wmo) 1.301 1.355 1.412 1.471 1.471
6.792 PGB Jeugd 24 24 25 25 25
6.811 Beschermd wonen (Wmo) 43.547 43.277 43.285 43.292 43.341
6.812 Maatschappelijke - en vrouwenopvang (Wmo) 12.837 12.339 12.355 12.368 12.382
6.81a Beschermd wonen (Wmo) 58.879
6.81b MO en VO (Wmo) 12.680
6.821 Jeugdbescherming 1.432 1.930 2.103 2.291 2.495
6.822 Jeugdreclassering 457 451 491 535 583
6.82a Jeugdbescherming 1.564
6.82b Jeugdreclassering 252
6.91 Coördinatie en beleid (Wmo) 267 162 172 181 189
6.92 Coördinatie en beleid Jeugd 60 93 98 108 127
7.1 Volksgezondheid 2.305 2.892 2.764 2.689 2.793 2.906
Totaal lasten 190.953 183.957 185.370 185.567 188.529 191.531
BATEN 2024 2025 2026 2027 2028 2029
4.3 Onderwijsbeleid en leerlingzaken 1.674 1.038 1.580 1.591 1.591 1.592
5.1 Sportbeleid en activering 576 741 269
6.1 Samenkracht en burgerparticip. 5.590 5.144 3.866 1.735 1.616 1.176
6.2 Wijkteams 38
6.22 Wijkteams Jeugd
6.23 Wijkteams Integraal -26
6.3 Inkomensregelingen 29.190 27.190 26.741 26.984 27.492 28.161
6.4 Begeleide participatie 12 377 518 652 782
6.6 Maatwerkvoorziening (Wmo) 186
6.60 Hulpmiddelen en diensten (Wmo) 221 239 256 274 274
6.711 Huishoudelijke hulp (Wmo) 421 436 1.227 1.227 1.227
6.71a Huishoudelijke hulp (Wmo) 454
6.752 Jeugdhulp ambulant reg 816 836
6.811 Beschermd wonen (Wmo) 832 411 411 411 411
6.812 Maatschappelijke - en vrouwenopvang (Wmo) 163 164 164 164 164
6.81a Beschermd wonen (Wmo) 747
6.81b MO en VO (Wmo) 267
7.1 Volksgezondheid 73 285 192
Totaal baten 38.806 36.011 34.275 32.886 34.244 34.623

3.9 Investeringen